De wet schrijft voor dat iedere woning per 1 juli 2022 op elke bouwlaag een rookmelder moet hebben. Maar hoe vertaal je dat naar wat er exact nodig is in specifieke woonsituaties? Is in een studentencomplex precies dezelfde oplossing nodig als in een aanleunwoning? En wat is de meest veilige oplossing als je portiekwoningen van rookmelders wilt voorzien? Of garages en fietsenschuren? Richard Kamans vertelt over de mogelijkheden om de brand- en vluchtveiligheid in diverse woonsituaties te verbeteren.
Elk gebouw een eigen projectie
‘Iedere woonsituatie is anders’, begint Richard. ‘Dat betekent dat niet elke studentenflat of seniorenwoning evenveel rookmelders nodig heeft. Ook moet je ze niet op een standaard plek hangen. Wat de beste oplossing is, is afhankelijk van de beleidsdoelen waar je als woningcorporatie of gebouweigenaar naar streeft én naar hoe het gebouw is ingedeeld. Daarom maken we bij Hemmink voor elk gebouw een eigen projectie. We bekijken hoeveel rookmelders een gebouw nodig heeft en tekenen in waar je ze het beste kunt hangen.’
Alternatief voor brandmeldinstallatie
‘Optimale brand- en vluchtveiligheid is te allen tijde het uitgangspunt in onze projecteringen’, gaat Richard verder. ‘Daarbij hebben we verschillende manieren om die veiligheid te waarborgen. Iets dat, zeker in woningen waar kwetsbare doelgroepen wonen, heel belangrijk is.’
‘In traditionele zorgcomplexen werden voorheen volgens voorschrift brandmeldinstallaties (bmi’s) geplaatst’, vertelt Richard. ‘Na bijvoorbeeld een functiewijziging naar wonen werden deze installaties in stand gehouden. Op dat soort plekken zijn nu vaak verouderde installaties aanwezig en het is meestal vrij kostbaar om onderdelen te vervangen en te testen.’
‘Met onze rookmelders kunnen we zo’n bmi bijna volledig nabootsen. Het voordeel is dat de kosten hiervan vele malen lager liggen. We koppelen deze melders selectief aan elkaar en bieden de mogelijkheid om ze uit te lezen waardoor je precies weet wat de status van de melders is. Met behulp van een overzichtspaneel kun je binnen een complex lokaliseren op welke verdieping er iets aan de hand is. Daarnaast kun je ook vrijloopdeurdrangers en brandkleppen aansturen, zodat het complex gecompartimenteerd is.’
Portiekwoningen
Het selectief koppelen van rookmelders is in verschillende woonsituaties een uitkomst. ‘Met name in bijvoorbeeld portiekwoningen’, vindt Richard. ‘Het bijzondere aan selectief koppelen is dat als de melder in de portiek in alarm gaat, je het zo kunt instellen dat de melders in de woningen die grenzen aan die portiek ook alarm slaan.’
‘Gebeurt het in omgekeerde volgorde? Dus gaat er eerst een alarm in de woning af? Dan stel je in dat de melder uit de woning het alarm niet doorgeeft aan de melder in de portiek. Dit soort meldingen zijn namelijk regelmatig vals, denk aan een tosti of pannenkoek die aanbrandt, waardoor mensen onnodig worden gealarmeerd.’
Er zijn meer rookmelders op de markt die je aan elkaar kunt koppelen. Maar die melders geven het alarm áltijd aan elkaar door, dus beide kanten op. ‘Alleen de melders van Ei Electronics kun je daadwerkelijk selectief koppelen’, zegt Richard. ‘Hiermee beperk je dat valse alarmen de rest van de bewoners in de portiekwoningen bereiken. En dat is belangrijk, want als dit net te vaak gebeurt, gaan mensen de alarmen niet meer serieus nemen. Door selectief te koppelen, voorkom je dus schijnveiligheid.’
Zorgcomplexen
Veel zorginstellingen hebben gemeenschappelijke ruimtes waar woningen aan grenzen, portieksituaties dus bijvoorbeeld. Richard: ‘Dit in combinatie met de kwetsbare doelgroep die er woont, maakt het verstandig om rookmelders in zorgcomplexen (selectief) aan elkaar te koppelen’.
‘Daarnaast kan het gebruik van een controle-unit als extra accessoire in dit soort complexen helpend zijn. Als je bijvoorbeeld regelmatig wil testen of je rookmelder werkt, dan moet je eerst een trapje opklimmen om de testknop in te drukken. En dat is voor senioren niet altijd even handig. Met de controle-unit in de hand kun je direct de brandhaard lokaliseren.’
‘Je kunt alle melders er namelijk mee uit alarm halen’, legt Richard uit. ‘Is het vals alarm? Dan gaan de melders uit en niet meer aan. Is er wel iets aan de hand? Dan gaat alleen de melder die iets detecteert weer aan, zodat je weet om welke plek het exact gaat.’
Fietsenschuren en garages
En hoe zit het dan met bijvoorbeeld fietsenschuren en garages in complexen? ‘Scootmobielen of brommers kunnen heftige branden veroorzaken’, zegt Richard. ‘In dit soort ruimtes moet je geen rookmelder, maar een hittemelder plaatsen. Een rookmelder gaat vanwege de uitlaatgassen namelijk heel snel in alarm, terwijl er dan dus niets aan de hand is. Een hittemelder doet zijn werk hier wél goed.’
‘Ook hittemelders kun je koppelen aan de rookmelders in andere delen van het complex. Met de melder in de centrale hal bijvoorbeeld. Als deze melder alarm slaat, weet je meteen dat er ook iets aan de hand kan zijn in de kelder of berging.’
Kwetsbare doelgroepen
Het is verstandig om aanvullende maatregelen te treffen in gebouwen waar kwetsbare doelgroepen wonen. ‘Zo raden we aan om in seniorenwoningen altijd melders in de vluchtroutes te plaatsen’, zegt Richard. ‘Hierdoor wordt een brand buiten de woning sneller gedetecteerd en heeft de bewoner meer tijd om te vluchten.’
‘In studentenwoningen is het lastig om achter de voordeur te komen’, vervolgt Richard. ‘Onderhoud plegen en zelfs een check of de betreffende melder(s) nog aanwezig zijn, wordt dan moeilijk. En dat terwijl de zorgplicht juist behoorlijk is aangescherpt. Een oplossing hiervoor is het gebruik van een gateway. Een gateway vangt de signalen op van de melders die in een complex aanwezig zijn en geeft deze door aan een cloud-omgeving.’
‘Met behulp van een gateway kun je bijvoorbeeld aflezen welke melders zijn vervuild of verwijderd en welke melders in alarm zijn gegaan. Je kunt naar wens instellen of dit soort gegevens in de database blijven staan en je ze daar in kunt zien, of dat je geselecteerde meldingen actief doorzet naar de smartphone of e-mail van een beheerder. Een ander voordeel van een gateway is dat heel goed inzichtelijk wordt of het al tijd is om onderhoud te plegen, of dat dit nog even kan wachten. Dit voorkomt onnodige onderhoudsritten met kostenvoordeel tot gevolg.’
Meer weten?
Wil je meer weten over het installeren van rook- en hittemelders in verschillende soorten wooncomplexen? Onze experts helpen je graag! Neem contact met ze op via info@hemmink.nl of 038 – 469 8200.
