Slim & snel installeren
Wet- en regelgeving voor technische installaties
Wet- en regelgeving in de bouw
Van de afmetingen van brievenbussen tot aan de brandwerendheid van bouwmaterialen. Voor alles in de Nederlandse bouw is een standaard vastgesteld. In Nederland worden veel van die standaarden samengebracht in de NEN standaarden. Ieder installatiebedrijf valt onder de Arbowet en dan zijn de NEN 1010 en NEN 3140 van toepassing. Deze normen hebben onder andere betrekking op de inspectie van elektrische (230V) installaties. Hoewel de normen niet verplicht zijn wordt het naleven ervan vanuit o.a. het Bouwbesluit wel aanbevolen. In dit artikel lees je alles over de wet- en regelgeving voor technische installaties.
Normen zijn geen wetten, maar technische- of kwaliteitsafspraken
Normen als leidraad voor technische installaties
Normen zijn in Nederland geen wetten, maar ‘best practices’ ofwel technische- en/of kwaliteitsafspraken. Een norm kan dus ook niet worden overtreden. Ze bieden echter wel een belangrijke leidraad voor de installatie en het gebruik van producten, diensten of processen. Ze worden ontwikkeld om producten en processen efficiënter te maken en bieden voor de verschillende marktpartijen een houvast en geven duidelijkheid. Bovendien is het voor fabrikanten en leveranciers van belang om aan te kunnen tonen dat je product of dienst aan een zekere – minimale – kwaliteit voldoet.
Het belang van normen
Ten aanzien van elektrische installaties wordt het belang van de norm steeds groter. Het aantal apparaten, cloud services en draadloze toepassingen is de laatste jaren enorm toegenomen. Goede afspraken en afstemming over de installatie en het gebruik van elektrische apparaten en producten wordt daarmee ook belangrijker. Bedenk maar eens wat voor gevolgen het heeft als jij door kortsluiting of stroomuitval je werk niet meer kan doen. Dit heeft direct een enorme impact op de voortgang van een project wat grotere financiële gevolgen kan hebben. Kennis en toepassing van de wet- en regelgeving is dus een belangrijk aspect van je werk, maar wat betekenen nu al die normen en wanneer moet je welke norm toepassen?
Bouwbesluit
Het Bouwbesluit bevat bouwtechnische voorschriften waaraan bouwwerken in Nederland minimaal moeten voldoen. Deze wordt met enige regelmaat aangepast en aangevuld. De laatste wijzigingen zijn 1 januari 2018 doorgevoerd. Net als voor de normen geldt dat de eisen gelden op het moment dat de installatie werd aangelegd of aangepast. Het aanpassen van een norm betekent dus niet dat een bestaande installatie direct moet worden vervangen of aangepast.
Artikel 6.8 voor elektrotechnische laagspanningsinstallaties
In hoofdstuk 6 van het Bouwbesluit (Voorschriften inzake installaties) wordt in artikel 6.8 vermeld dat een voorziening voor elektriciteit moet voldoen aan de NEN 1010. Deze norm is van toepassing op elektrotechnische laagspanningsinstallaties in woningen, gebouwen en infrastructuur. Al deze installaties moeten voldoen aan de NEN1010, waarbij deze norm bovendien stelt dat een verbinding met stekerbare connectoren moet voldoen aan de NEN-EN-IEC 61535.
Aan dit voorschrift hoeft niet te worden voldaan als gebruik wordt gemaakt van de gelijkwaardigheidsbepaling (Bouwbesluit, artikel 1.3). In dit geval moet een bouwwerk of het gebruik daarvan ten minste dezelfde mate van veiligheid, bescherming van gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en bescherming van het milieu bieden als wordt beoogd met de in die hoofdstukken gestelde voorschriften. In de praktijk wordt over het algemeen gekozen om gebruik te maken van de NEN 1010.
De NEN 1010 is de belangrijkste norm als we het hebben over elektrische installaties, vandaar dat we hier nu ook wat verder op ingaan.
NEN1010
De NEN 1010 betreft de algemene norm inzake elektrische installaties voor laagspanning. Daarnaast geeft deze norm ook duidelijkheid over controles en inspecties bij de oplevering van projecten. Het doel van de NEN 1010 is dan ook om een veilige (elektrische) installatie te realiseren.
Breed toepassingsgebied
Het is een norm die een breed toepassingsgebied kent. Naast laagspanningsinstallaties in woning en gebouwen, geldt de norm ook voor bouwterreinen, geprefabriceerde gebouwen, tijdelijke installatie en buitenverlichting of oplaadpunten voor elektrische voertuigen. Alle deelinstallaties die door de laagspanningsinstallatie worden gevoed, kennen weer specifieke eigen normen. Denk hierbij aan de groepenkast, beveiligingsfuncties en de meet- en regeltechniek. Hierbij komen nieuwe ontwikkelingen als smart grids, elektrische mobiliteit, pv-systemen, e-health en stekerbaar installeren, want ook daarvoor zijn normen gewenst.
Norm voor stekerverbindingen
Als we inzoomen op stekerbaar installeren dan wordt bijvoorbeeld gesteld dat een verbinding met stekerbare connectoren moet voldoen aan de NEN-EN-IEC 61535. Wat specifieker gesteld, wordt in bepaling 134.1.4 van de NEN1010 gesteld dat “verbindingen tussen geleiders onderling en tussen geleiders en ander elektrisch materieel zo moeten zijn gemaakt dat een veilig en betrouwbaar contact is gewaarborgd”. Daaraan wordt nog toegevoegd (hoofdstuk 526) dat verbindingen mechanisch blijvend betrouwbaar moeten zijn. Daarin wordt verwezen naar de van toepassing zijnde norm NEN-EN-IEC 61535, ofwel de norm voor stekerverbindingen in vast installaties.
Product norm NEN-EN-IEC 61535
Om te voldoen aan de NEN 1010 moeten alle producten in de stekerbare installatie voldoen aan de NEN-EN-IEC 61535. Alle stekerbare producten die Hemmink levert voldoen vanzelfsprekend aan deze norm. Hieronder vallen bijvoorbeeld de Adels AC166G en AC164 product lijnen.
In het algemeen geeft de norm aan dat (onderdeel 4, “general requirements”) de stekerverbindingen zodanig moeten zijn ontworpen en gemaakt dat bij normaal gebruik de prestaties betrouwbaar zijn en geen gevaar voor de gebruiker of schade aan de omgeving opleveren.
Omdat de NEN-EN-IEC 61535 geen specifieke steker/connector specificaties bevat en een uniforme veiligheidsnorm beoogd, is er vanuit de norm (artikel 8.4 g) een verplichte algemene waarschuwingsinstructie opgenomen
Aanvullend hierop is het goed te vermelden dat de testresultaten van DEKRA, die periodiek herhaald worden, aantonen dat gemengd gebruik van stekersystemen van verschillende fabrikanten dus veilig is. Uiteraard moet de installatie op de juiste manier geïnstalleerd worden.
Vanuit de norm zijn nog twee belangrijke aandachtspunten voor het werken met stekerbare installaties:
- Alle verbindingen in de stekerbare installatie dienen geleverd en geïnstalleerd te worden met een vergrendeling. Veel componenten zijn standaard voorzien met vergrendeling, zoals de H-verdelers. Is dit niet het geval, dan moet een losse vergrendeling geplaatst worden. Tip: maak gebruik van de witte vergrendelingen, zodat van afstand goed te zien is dat de vergrendeling is geplaatst.
- Aan de installatie mag enkel gewerkt of ontkoppeld worden als deze onbelast en spanningsvrij is.
Vertaald naar de praktijk betekent dit dat het Adels-Contact AC 166 G-systeem in combinatie met het Wieland GST 18-systeem uitvoerig is getest en veilig gecombineerd toegepast kan worden. De conformiteitsverklaring en onderliggende DEKRA testrapporten zijn uiteraard altijd (op aanvraag) beschikbaar via info@hemmink.nl of tel. 038-4698205.
CPR classificatie: NEN 8012
Een tweede norm die relevant is bij stekerbaar installeren is de NEN 8012. In juli 2017 is in Europa het product ‘kabel’ toegevoegd aan de Construct Product Regulation (CPR). Voor de toepassing van CPR geldt een gedeelde verantwoordelijkheid tussen de lokale overheid, de fabrikanten en de installateurs. Sinds 2017 is het verplicht om kabels te classificeren op brandgedrag als deze in Europa op de markt gebracht worden en worden toegepast in gebouwen. In Nederland is deze door de normcommissie in de NEN 8012:2015 vastgelegd.
Brandklassen
Afhankelijk van de gebruiksfunctie en het brandrisico dient gebruik te worden gemaakt van bepaalde brandklassen. De klassen zijn Eca, Dca, Cca en B2ca. Hemmink heeft met Adels alle brandklassen beschikbaar.